In samenwerking met oogverenigingen
Voor mensen met een visuele beperking, een oogaandoening of een visueel-auditieve beperking zijn hulpmiddelen een voorwaarde om sociaal en maatschappelijk goed te kunnen participeren. De zorgverzekeringswet regelt de verantwoordelijkheid voor de vergoeding/verstrekking van hulpmiddelen. De praktijk laat zien dat de verzekeraars die verantwoordelijkheid verschillend en vaak ad hoc invullen. Dit leidt voor de achterban van de in het project samenwerkende organisaties tot onzekerheid en frustratie.
Dit vormde voor de Oogvereniging, en het LSR aanleiding om het deelproject Verstrekken van visuele hulpmiddelen op te zetten. Dit deelproject is onderdeel van een groter project, het Voucherproject 2013-2015 waarbij verschillende patiëntenorganisaties samenwerken rond kwaliteit van oogzorg vanuit cliëntperspectief.
Onderdeel van het deelproject is het via een digitale enquête inzicht krijgen in de ervaringen van de leden van de oogverenigingen (mensen met een oogaandoening) met betrekking tot de het aanvragen van visuele hulpmiddelen, de vergoeding door de zorgverzekeraar en het gebruik er van.
Het LSR heeft deze enquête in samenwerking met de Oogvereniging, OOGinOOG ontwikkeld. Met de enquête hopen we antwoord te krijgen op de vragen: Wordt het beeld dat het lastig is om hulpmiddelen aan te vragen en vergoed te krijgen bevestigd door het onderzoek bevestigd? Op welke punten in de keten, vanaf het moment van aanvraag tot aan gebruik van de hulpmiddelen, gaat het vooral mis? Zijn er verschillen tussen zorgverzekeraars? De uitkomsten dienen als input voor de belangenbehartiging richting onder meer de zorgverzekeraars.
Doelstellingen deelproject
- Inzichtelijk(er) maken van de huidige aanspraken en vergoedingspraktijk van de zorgverzekeraars (positieve en negatieve ervaringen) op het gebied van medicijnen, hulpmiddelen, voorzieningen en specifiek zorgaanbod.
- De resultaten van de digitale enquête gebruiken om de zorgverzekeraars en het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) te informeren over de ervaringen en knelpunten van de leden en mogelijke rechtsongelijkheid en deze ongedaan maken.
- Afspraken maken met afzonderlijke zorgverzekeraars over het verbeteren van hun ad hoc-beleid aan de hand van goede en slechte voorbeelden.
- Bepleiten en bevorderen van verbeteringen voor specifieke groepen die specifiek(e) aanbod of voorzieningen nodig hebben, bijvoorbeeld voor doofblinde mensen, voor mensen met hoornvliesproblemen en voor mensen met anoph-/microphtalmie.
Digitale enquête en rapport
In februari hebben leden van de gezamenlijke oogverenigingen, meegewerkt aan een enquête over visuele hulpmiddelen. Het samenwerkingsproject (ook wel voucherproject) van de oogverenigingen: Hoornvliespatiëntenvereniging, MaculaVereniging, Oogvereniging, Vereniging Oog in Oog en Nederlands Christelijke Blinden en Slechtziendenbond, ondersteund door het LSR.
De enquête is tussen januari 2015 en 3 maart 2015 uitgezet onder de leden van de oogverenigingen. Het heeft de hoge respons opgeleverd van gemiddeld 550 ingevulde vragen. De eigenlijke respons lag dubbel zo hoog. Echter alleen de mensen die na 1 januari 2013 een hulpmiddel hadden aangevraagd zijn in het onderzoek betrokken.
Het LSR heeft de uitkomsten geanalyseerd en samen met de werkgroep zijn conclusies getrokken en aanbevelingen geformuleerd. Op de Ziezo-beurs van 9 april 2015 heeft de Oogvereniging de resultaten gepresenteerd en aangeboden aan vertegenwoordigers van twee grote zorgverzekeraars CZ en VGZ.
- Rapport Een visueel hulpmiddel waar je wat aan hebt – enquête hulpmiddelen
Lees voor (pdf)
- Rapport Een visueel hulpmiddel waar je wat aan hebt – enquête hulpmiddelen
Lees voor (Word)
- Nieuwsbericht Meer eigen regie bij verstrekkingen hulpmiddelen (13 april 2015)
Welke aspecten zouden beter kunnen?
In het rapport komt naar voren dat mensen met een visuele beperking het belangrijk vinden dat de communicatie over de procedure van aanvragen en vergoeden veel beter kan. Duidelijkheid over termijnen via een bericht, wanneer wordt het product geleverd? Liever per mail of telefoontje dan een brief over de post. Ook de bureaucratie moet verminderen. Het is pijnlijk en kost heel veel tijd en (negatieve) energie om bij iedere aanvraag weer te moeten aantonen hoe slecht je ziet; zeker als je een chronische en/of progressieve visuele beperking hebt of al vanaf jonge leeftijd zeer slechtziend of blind bent.
Behoeften verschillen per persoon. Een jong iemand heeft misschien behoefte aan een iPhone of iPad terwijl iemand van een andere generatie misschien liever een loep of vergrotingssoftware heeft. De ene slechtziende wil spraaksoftware en de andere wil zijn beetje visus gebruiken door hulpmiddelen voor tekstvergrotingen. Kortom maatwerk. Om deze boodschap over te brengen, is het belangrijk om in gesprek te zijn met ketenpartners om daarna gezamenlijk te werken aan verbeterpunten.
Hoe verder na de enquête visuele hulpmiddelen?
Bestaande relaties verdiepen en nieuwe relaties opbouwen
Inmiddels is er een hele uitgebreide gegevensbank ontstaan over wat men belangrijk vindt bij de aanvraag en de vergoeding rondom hulpmiddelen. De projectdeelnemers zijn hard bezig om in gesprek te komen met de vier grote zorgverzekeraars en andere ketenpartners.
Zorgverzekeraar VGZ waarmee we al langer in gesprek waren, heeft op basis van onze aanbevelingen besloten de koers voor 2016 bij te stellen. Zij gaan dan niet langer met 1 leverancier werken maar meerdere aanbieders contracteren. Met CZ, Visio en Bartiméus en met Nuvo, de organisatie van optiekbedrijven, zijn dit najaar gesprekken gepland. Ook worden er afspraken gemaakt met zorginkopers van zorgverzekeraars Menzis en Achmea.